De traditionele kunst van het schrijven van haiku’s benadrukt “het moment” zonder iets toe te voegen. Daarmee is het een weerspiegeling van de Zen-Boeddhistische filosofie.
Haiku’s – voorjaar
Hij zegt zijn versjes,
steunend op zijn voorpootjes,
de goene kikker!
Yamazaki Sokan 1458 – 1538
Haiku’s – zomer
Toen ik er op sloeg
zond hij muggen de middag in,
de houten tempelgong.
Natsume Soseki 1865-1916
De lucht trilt van hitte –
een insekt dat ik niet ken
vliegt wit door de lucht.
Yosa Buson 1716-1783
Haiku’s – herfst
Een plotselinge bui –
in de rivier bij de poort
springt een goudkarper op.
Tsunoda Chikurei 1856-1929
Haiku’s – winter
Het jonge bamboe –
van het gewicht van de sneeuw
heeft het nog geen weet.
Bakurinsha Otsuyu 1674-1739